Interview met auteur Arjan Wilschut
Arjan Wilschut schreef o.a. Het teken van de banneling (lees hier mijn recensie), maar is ook illustrator en animatietekenaar. Schrijft of illustreert hij liever? Waar haalt hij zijn inspiratie vandaan? En wat wil hij zijn lezers meegeven? Lees het interview en leer de auteur nog beter kennen!
Wie is Arjan Wilschut?
‘Een dromer maar ook een harde werker die graag verhalen vertelt, in beeld of tekst of allebei. Ik ben animatietekenaar, illustrator en schrijver en kan maar niet kiezen wat ik het liefste doe. Ik ben de man van een mooie, slimme vrouw en vader van twee stoere jongens. Ik lees graag thrillers, kijk vaak Netflix en luister naar filmmuziek. En ik ben dol op onze kat, Richard Parker.’
Kun je vertellen waar Het teken van de banneling over gaat?
‘Arwyn doodt een arend en wordt daarom verbannen uit zijn stam. Door zijn teken van de banneling is hij nergens welkom en voelt hij zich verloren en minderwaardig. Dan komt hij een groepje lotgenoten tegen waarmee hij op reis gaat naar een prachtige plek waar roem en rijkdom wachten. Uiteraard pakken dingen anders uit en moet hij met zijn nieuwe vrienden vechten voor zijn leven.
Ik denk dat het boek gaat over jezelf vinden, en jezelf leren waarderen. Het is een “coming of age” verhaal over een held die fouten maakt maar daar van leert en door reizen en vriendschappen zijn plek in de wereld vindt.’
Heb je een favoriet personage in Het teken van de banneling?
‘Zonder twijfel: Ros. Ros is trouw aan zichzelf en kan daarom ook zo’n trouwe vriend zijn voor Arwyn. Altijd helemaal jezelf durven zijn, dat vind ik bewonderenswaardig.’
Je schreef al eerder over Arwyn, de hoofdpersoon uit Het teken van de banneling in je debuut De adelaar en de koning. Waarom heb je besloten om nu te schrijven over het verleden van Arwyn?
‘Ik heb Arwyn altijd een leuk en boeiend ventje gevonden. Hij kan boos zijn maar ook heel lief. Hij is angstig maar maakt toch dappere keuzes. Die tweestrijd in hem maakt hem leuk om over te schrijven. Ik was altijd benieuwd naar zijn voorgeschiedenis en was verrast dat er nog zoveel in zijn verleden te ontdekken was.
Ook de wereld waarin hij leeft spreekt me erg aan. Het is verzonnen maar komt toch heel herkenbaar over, met alleen zo nu en dan een glimp van fantasy. Ik vind onze eigen echte wereld vaak al magisch genoeg om over te schrijven.’
Waar haal je de inspiratie voor je boeken vandaan?
‘Vooral uit wandelingen, liefst in de natuur. Normaal kom ik daar maar weinig aan toe, maar op vakanties kan ik dat ruimschoots inhalen en kom ik boordevol ideeën weer terug. Eindeloos doorstappen en malen over ideetjes terwijl je mooie nieuwe plekken ontdekt waar je verhaal tot leven komt.’
Wat wil je je lezers meegeven?
‘Dat het leven een avontuur is, en dat er altijd iets nieuws te ontdekken valt. Buiten in de natuur of in een vreemde stad, of zelfs binnen achter een beeldscherm. Zolang je maar nieuwe uitdagingen zoekt.’
Ben je momenteel al bezig met een volgend boek en kun je daar wat over zeggen?
‘Arwyn deel 2: De Schaduw van de Dief was pittig om te schrijven. Ik had wel even tijd nodig om te starten aan deel 3: Het Pad van de Krijger, maar dat verhaal krijgt nu langzaam vorm. Het is meer een survival verhaal, in ijs en sneeuw. Het wordt voor Arwyn vooral een gevecht met zichzelf, en dat bedoel ik heel letterlijk maar kan er nog niet teveel over verklappen.
Daarnaast heb ik ook een korter verhaal geschreven over Olrik en Berik, twee bijfiguren uit Banneling. Het is wat lolliger en luchtiger dan de Arwyn verhalen, maar wordt ook spannend als de jonge barbaren een walvis moeten redden. Het verhaal staat in April of Mei op Kobo.’
Naast auteur ben je ook illustrator en heb je ook de cover van je eigen boeken én boeken van andere auteurs geïllustreerd. Wat vind je leuker om te doen?
‘Ja, dat is een hele goeie vraag. Ik kan niet kiezen. Beeld en tekst zijn voor mij onafscheidelijk verbonden. Als ik schrijf, verwoord ik beelden in mijn hoofd. En als ik een tekening maak verzin ik daar altijd meteen een verhaal bij. Een wereld, met namen en geschiedenis.’
Met welke auteur zou je zelf eens een kopje koffie willen drinken ter inspiratie?
‘Ik heb altijd bewondering gehad voor Simone van der Vlugt. Ze maakte al prachtige historische jeugdromans, maar ontwikkelde toen als een ijzersterke thrillerschrijfster die een groot publiek aan zich wist te binden. En ze is niet alleen een geweldige verteller, ik vind haar taal ook mooi. Toen ik nog maar net begonnen was met schrijven las ik in een van haar boeken: “Haar hart klopte fel en pijnlijk.” Dat vond ik zo’n mooie rake zin. Ik dacht dat harten altijd moesten bonzen of bonken in spannende scenes. Maar door die ene simpele zin ging ik ineens meer snappen van schrijven.’
In welk ander genre zou je ook wel eens willen schrijven?
‘Een beetje griezelen lijkt me erg leuk. Ik heb erg genoten van de ‘Verschrikkelijke Verhalen’ trilogie van Chris Priestley. Die korte verhalen zijn zo ijzingwekkend knap, vooral omdat ze samen ook weer een aaneengeregen verhaal vormen. Ik heb intussen zelf ook een paar spannende plotjes op papier staan, daar hoop ik meer mee te gaan doen.’
Heb je tips voor andere (aspirerend) schrijvers?
‘Ik las laatst een interview met Neil Gaiman, een fantastisch goeie schrijver. Hij zegt aan het begin van werkdag tegen zichzelf: je mag schrijven, of je mag niks doen. Maar je mag niet iets anders doen. Dat vond ik een hele goeie tip. Ik zou alleen uitzonderen: wandelen. Liefst alleen, of met iemand die graag over ideetjes praat. Lopen scherpt je creativiteit merk ik, zowel in taal als verhaal. En, voor schrijvers die zo lang achter een scherm zitten is alle beweging meegenomen.’
Welk boek wil je jouw lezers aanraden?
‘De Jongen, de Mol, de Vos en het Paard van Charlie Mackesey. Misschien een onverwachte keuze, want het is niet echt een leesboek. Maar wel een heel bijzonder boek met een krachtige vertelstijl. Ik heb meegewerkt aan de verfilming, en daardoor ben ik het verhaal nog meer gaan waarderen. Ook is het een goed voorbeeld van tekst en beeld die gelijkwaardig een verhaal vertellen. Echt een aanrader, voor lezers, schrijvers, én tekenaars.’
Arjan Wilschut, 22 maart 2023.
