Het tweede boek van Catherine Lacey is onder meer een zoektocht naar de vraag of liefde maakbaar is. Hoofdpersoon Mary doet mee aan een vreemd liefdesexperiment…
Het boek is opgedeeld in drie delen. In deel één en drie lezen we vanuit de ik-persoon Mary. Ze is opgegroeid bij een gelovige familie, die zich afzet tegen de regering en technologie (ze hebben geen telefoon?!). Mary probeert van haar jeugd los te komen en is soms wat wereldvreemd:
Chandra had Mary ooit uitgelegd wat een Michelinster was, maar dat wist ze nu niet meer […]
Omdat Mary pijnen en krampen in haar lichaam heeft, gaat ze zogeheten PAK-behandelingen volgen. Het lijkt te helpen. In haar werkpauzes gaat ze naar therapeut Ed en ze moet voor zijn diensten een behoorlijk bedrag aftikken. Om de behandelingen te blijven bekostigen, gaat ze opzoek naar een tweede baan. Die vindt ze. In een vreemd liefdesexperiment van bekende acteur, Kurt Sky, speelt Mary de Emotionele vriendin die altijd voor hem klaar staat. Kurt heeft een heel harem aan vrouwen in zijn experiment, waaronder: een Moederlijke vriendin en de Boze Vriendin. Ook heeft hij een groep aan Intimiteitsvriendinnen voor seks.
In deel twee van dit boek wordt vanuit het perspectief van verschillende personages, waaronder een heleboel van Kurts vriendinnen. Tijdens het experiment meet het onderzoeksteam alles wat de proefpersonen ervaren en kunnen zij ook emoties aanwakkeren, waardoor het onderzoeksteam de vriendinnen en Kurt soms emotioneel gijzelt.
De Intellectuele vriendin wordt uiteindelijk weggestuurd omdat ze tegen Kurt ingaat, een Intimiteitsvriendin wordt ontslagen omdat ze met een vriendin praat terwijl ze met Kurt is en hoofdpersoon Mary mag alleen knikken en instemmen. Kurt vindt dat heerlijk. In het boek snoert de schrijfster onze hoofdpersoon daarmee de mond. Dat geeft je als lezer een ongemakkelijk (enigszins realistisch) gevoel en mijn innerlijke feminist schreeuwen om een bevredigende twist.
Vrij terloops worden er twee verkrachtingen omschreven (alsof eentje niet genoeg is) en de verwerking en impact daarvan verwachtte ik gedurende het boek terug te zien (en niet in één flashbackhoofdstuk). Bijvoorbeeld in hoe Mary omgaat met Kurt en hoe die machtsverhouding haar laat voelen, maar het komt niet meer terug.
Mary denkt gedurende haar flashbackhoofdstuk wel iets heel treffends:
Het had zoveel erger kunnen zijn, dacht ze soms, maar het was niet erger. Niets is ooit erger.
Voor mij had dit beter uitgewerkt mogen worden, maar Mary laat zich meeblazen met de wind die waait. Zelfs na zo’n traumatische ervaring. Ze komt niet in opstand en lijkt niet te ontwikkelen gedurende het boek. Gelukkig fietst Boze vriendin, Ashley, nog wel wat girlpower in het verhaal:
[…] die mannen, die bitches met hun slappe armen en benen – wisten ze dan niet dat vrouw zijn altijd oorlog betekende.
Samengevat, schrijft Lacey mooie stukken en wil je continu door blijven lezen. Vooral het eerste deel van het boek vond ik intrigerend en ik kreeg het gevoel dat Lacey daar het meest energie in heeft gestoken. Het concept is intrigerend, maar de plot en karakterontwikkelingen waren niet bevredigend genoeg.